Welke gegevens registreert jouw dongle?

Je dongle is aangesloten op de boordcomputer van je wagen en registreert verscheidene parameters die ons helpen om je een objectief beeld te geven van je rijstijl. Hieronder lees je over welke parameters het gaat.

Wij registreren deze gegevens uitsluitend tijdens en in het kader van jouw individueel coachingstraject. Nadien worden je persoonlijke gegevens gewist. Je specifieke GPS-coördinaten slaan we niet op.

rijden nacht

Een objectief beeld van je rijstijl

Traject

Het aantal ritten, de gereden kilometers en de gemiddelde snelheid geven een beeld van het soort trajecten dat je aflegt.  

Efficiëntie

Stationair draaien en hoge RPM (toerental) bieden inzicht in het al dan niet efficiënt gebruik van brandstof.

Rijstijl

Hard optrekken, hard remmen en hard door de bochten geven een beeld over hoe veilig, soepel en ecologisch je rijdt.

Veiligheid

Snelheidsovertredingen gebaseerd op de gebiedsinformatie en de geldende snelheidslimieten.

Persoonlijk coachingstraject

traject
dongle
gray-curve--outlines

Waar plug ik mijn dongle in?

dongle

Je dongle werkt als een usb-stick en moet ingeplugd worden in de zogenaamde OBD-aansluiting die zich in je wagen bevindt. De exacte plaats waar die te vinden is, verschilt al naargelang het merk en het model van wagen.

Dongle inpluggen en activeren

Je kan in de meeste gevallen de dongle rechtstreeks in de OBD-ingang inpluggen.
Doe dit voorzichtig, maar zorg wel dat hij volledig ingeduwd is.

Bevindt de OBD-ingang zich op een moeilijk bereikbare plaats ?
Gebruik dan het verlengkabeltje dat zich in de DRIVER KIT bevindt. Leg de dongle
op een veilige plek waar hij geen hinder veroorzaakt tijdens het rijden. Zorg ervoor dat de dongle niet kan slingeren. Dit vervalst de data waardoor we geen juiste analyse kunnen doen. Bevestig hem in je deurstijl of plak hem vast.

Heb je de verlengkabel niet nodig ?
Bewaar hem dan zorgvuldig in de DRIVER KIT totdat je het volledige coachingstraject hebt afgewerkt.

Moet je tijdens het project met je wagen naar de garage ?
Vergeet dan niet de dongle tijdelijk uit te pluggen en achteraf weer in te pluggen.

Als je de dongle inplugt zal je in eerste instantie een rood en een groen flikkerlampje zien oplichten.

  • Indien er geen lampje brandt, start dan even de motor
    om de dongle te activeren.
  • Als er een rood lampje brandt, is de dongle niet goed verbonden.
    Probeer opnieuw totdat enkel het groene lampje brandt.
  • Wanneer na korte tijd enkel nog het groene lampje brandt, is
    de dongle correct ingeplugd. Tijdens het rijden zal het groene
    lampje automatisch doven na ± 5 minuten maar blijft de dongle
    wel actief.

Problemen, vragen?

Contacteer ons